• Skip to primary navigation
  • Skip to main content
  • Skip to primary sidebar
  • Skip to footer
  • Nieuwsbrief
  • Contact

Taxence

Taxence

  • Nieuws & achtergrond
    • Nieuws
    • Branchenieuws
    • Blogs
    • Verdieping
  • Thema’s
    • AI & Tax Technology
    • Arbeid & Loon
    • Belastingplan
    • BTW & Overdrachtsbelasting
    • BV & DGA
    • Duurzaamheid (ESG & CSRD)
    • Estate planning
    • Alle thema’s
  • Opleidingen
    • AI & Tax Tech
    • ESG & CSRD
    • Estate Planning
    • BTW
    • Vastgoed
    • Internationaal
    • Arbeid & Loon
    • Formeel
    • Familiebedrijven
    • VPB
    • Pensioen
  • Carrière
    • Personalia
    • Vacatures
    • Vacature toevoegen
    • Partners
  • Vakinformatie
    • NDFR
    • Addify
    • JES! Knowledge
    • Fiscaal en meer
    • Tax talks
    • Vakblad Estate Planning
    • Specials
  • Kennisbank

Werkelijk vermogen in B.V. irrelevant bij afkoop stamrecht

4 februari 2020 door Remco Latour

Ontslag; vergoeding; Belastingdient

Ondanks de afschaffing van de stamrecht-B.V. zijn er nog steeds procedures over de afkoopwaarde. Rechtbank Noord-Holland maakt duidelijk dat bij de gefacilieerde afkoop in principe niet van belang is hoeveel vermogen de stamrecht B.V. echt had.

Bij de beëindiging van zijn dienstbetrekking in 2004 ontving een werknemer een ontslagvergoeding van € 636.800. Dit bedrag stortte hij vervolgens in een stamrecht-B.V., waarvan hij directeur en enig aandeelhouder was. Op 1 januari 2013 gingen de termijnen uit de stamrechtovereenkomst in. Een jaar later kocht de B.V. het stamrecht af. Daarbij maakt zij gebruik van de toenmalige faciliteit om slechts 80% belast te laten zijn. De dga stelt dat het werkelijke vermogen à € 392.112 het uitgangspunt voor de fiscale afkoopwaarde vormt. Maar zowel de fiscus als de rechtbank gaat uit van een andere waarde. Het gaat namelijk om de waarde in het economische verkeer van de aanspraak op het moment van afkoop. In het geval van de werknemer bedroeg de relevante commerciële waarde € 453.379. De inspecteur had dan ook terecht 80% van dat bedrag belast.

Wet: art. 11, eerste lid, onderdeel g Wet LB 1964 (tekst 1 januari 2004) en art. 19b en art. 39f Wet LB 1964 (tekst 1 januari 2014)

Bron: Rechtbank Noord-Holland 27 november 2019 (gepubliceerd 31 januari 2020), ECLI:NL:RBNHO:2019:9783, AWB 17/2675

Filed Under: Financiële planning, Fiscaal nieuws, Nieuws

Reageer
Vorige artikel
Aantal gemeenten met hondenbelasting daalt
Volgende artikel
Verrassing: u bent erfgenaam en moet erfbelasting betalen!

Reader Interactions

Gerelateerde berichten

echtscheiding pensioenverevening

Bij 40% van echtscheidingen ziet ex-partner af van pensioenverevening

In Nederland kiezen vier op de tien ex-partners bij een scheiding ervoor om het ouderdomspensioen niet samen volgens de wettelijke vereveningsregeling te verdelen. Volgens recent onderzoek van Wijzer in geldzaken is de belangrijkste reden om af te wijken van de wettelijke verdeling het vermijden van gedoe of conflicten. Ruim een kwart van de respondenten benoemt... lees verder

rekening courant schuld

Documenten openbaar over Box OWR-formulier

De staatssecretaris van Financiën heeft vier documenten openbaar gemaakt over de vergoeding bij het indienen van bezwaar inzake het Box OWR-formulier.

muntenverzameling

Standpunt gouden munten en box 3

De Kennisgroep inkomstenbelasting niet winst heeft de vraag beantwoord of ter belegging gehouden gouden munten onder de box 3-wetgeving met ingang van 1 januari 2023 als contant geld kwalificeren.

bedrag ineens pensioen

Vaststelling AOW-gerechtigde leeftijd 2031 en pensioenrichtleeftijd 2027

In 2031 blijven zowel de AOW-gerechtigde leeftijd (67 jaar en drie maanden) als de aanvangsleeftijd (17 jaar en drie maanden) gelijk aan die in 2030. Dit komt doordat de wettelijk voorgeschreven formule, gebaseerd op latest CBS-cijfers, geen wijziging noodzakelijk maakt.

vermogensverdeling

Effecten verkorting partneralimentatieduur nog niet zichtbaar

De verkorting van de partneralimentatieduur heeft nog niet geleid tot een aantoonbare stijging in arbeidsparticipatie, arbeidsomvang of financiële onafhankelijkheid van alimentatiegerechtigden.

Geef een reactie Reactie annuleren

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Primary Sidebar

Opleidingen

Masterclass Actualiteiten vermogensstructurering 2025

Online cursus toepassing box 3 in de praktijk

Specialisatieopleiding Vermogensstructurering

Masterclass Box 3 – Forfaitair stelsel met een Tegenbewijsregeling en de toekomst na 2028

AGENDA

Certified ESG Management

PE-Pitstop Optimaliseren bedrijfsopvolgingsregeling (BOR)

Verdiepingscursus Internationale estate planning

AI Governance & Compliance: Veilige toepassing van AI in juridische/fiscale praktijk

Online cursus toepassing box 3 in de praktijk

PE-Pitstop Emigratie van de aanmerkelijk belanghouder

Online cursus Wet Fiscaal Kwalificatiebeleid Rechtsvormen (incl. aanpassing FGR)

Masterclass Pillar 2 – Wet minimumbelasting 2024 (Pijler 2)

Online cursus Gebruikelijk loon 2026

Cursus AI-Implementatie – Organiseren van AI-geletterdheid

Meer opleidingen

Footer

  • Fiscaal nieuws
  • Opleidingen
  • Kennisbank
  • Vacatures
  • Over ons
  • Adverteren op Taxence
  • NDFR
  • JES! (ESG producten)
  • Fiscaal en meer
  • Addify
  • Tax Talks
  • Register Estate Planners (REP)
  • Contact
  • Linkedin
  • X
  • Facebook
  • Aanmelden nieuwsbrief
  • Naar Lefebvre Sdu Webshop

Taxence is een uitgave van
Lefebvre Sdu
Maanweg 174
2516 AB Den Haag

Powered by Lefebvre Sdu

  • Disclaimer
  • Privacy Statement en Cookiebeleid
lefebvre SDU

Het laatste nieuws van
Taxence in je mail?

×