Verweerder slaagt er niet in aannemelijk te maken dat ter zake van de vermeende verzwegen omzet bij een BV waarvan eiser indirect enig aandeelhouder is, sprake is van (vermomde) (winst)uitdelingen aan eiser. Wat verweerder aanvoert, is onvoldoende om aannemelijk te achten dat een uitdeling aan eiser heeft plaatsgevonden. De winstuitdelingen zijn daarom ten onrechte bijgeteld. (Beroepen gegrond.)
Meer informatie: http://uitspraken.rechtspraak.nl/inziendocument?id=ECLI:NL:RBDHA:2016:10482
Geef een reactie