Artikel 4.17a Wet IB 2001. Eisers hebben aannemelijk gemaakt dat de in de vennootschap aanwezige liquide middelen en effecten slechts tijdelijk en derhalve niet duurzaam overtollig zijn. Eisers hebben dan ook de grenzen der redelijkheid niet overschreden door deze middelen tot het ondernemingsvermogen van de vennootschap te rekenen.
Meer informatie: http://uitspraken.rechtspraak.nl/inziendocument?id=ECLI:NL:RBGEL:2016:3405
Geef een reactie