Vpb. De verlengde navorderingstermijn van artikel 16, lid 4, van de AWR is niet van toepassing omdat de inkomsten geenszins aan het zicht van verweerder zijn onttrokken en deze zich desgewenst door het stellen van vragen aan eiseres duidelijkheid had kunnen verschaffen of de kwalificatie winst genoten uit een vaste inrichting juist was. Voorts bestond de mogelijkheid om in Oostenrijk op basis v…
Meer informatie: http://deeplink.rechtspraak.nl/uitspraak?id=ECLI:NL:RBNHO:2020:6964&pk_campaign=rss&pk_medium=rss&pk_keyword=uitspraken
Geef een reactie