• Skip to primary navigation
  • Skip to main content
  • Skip to primary sidebar
  • Skip to footer
  • Nieuwsbrief
  • Contact

Taxence

Taxence

  • Nieuws & achtergrond
    • Nieuws
    • Branchenieuws
    • Blogs
    • Tools & andere downloads
    • Verdieping
  • Thema’s
    • Adviseur
    • Arbeid & Loon
    • Auto
    • Belastingplan
    • Brexit
    • BTW & Overdrachtsbelasting
    • BV & DGA
    • Covid-19
    • Eenmanszaak of B.V.
    • Eindejaarstips
    • Estate planning
    • Financiële Planning
    • Formeel belastingrecht
    • Heffing lagere overheden
    • IB ondernemer
    • Internationaal & Europees recht
    • Vastgoed
    • Vpb & dividendbelasting
    • Winst uit onderneming
    • Woning
  • Carrière
    • Personalia
    • Vacatures
    • Vacature toevoegen
    • Partners
  • Agenda
  • Vakinformatie
    • NDFR
    • Fiscaal en meer
    • Taxvice
    • Tax talks
    • Toolkits
    • Vakblad Estate Planning
    • Specials
  • Uitgelicht: Belastingplan 2021

Geen procesbelang bij verzoek btw-factuur

27 maart 2018 door Marthe Bruens Reactie Kim Demandt Leave a Comment

De Hoge Raad oordeelt dat in een procedure over een naheffingsaanslag parkeerbelasting niet om een btw-factuur kan worden verzocht. Het cassatiemiddel tegen de niet-ontvankelijkverklaring was echter terecht ingesteld. Het hof had onderzoek moeten doen naar de gronden van het beroep van de belastingplichtige. Met commentaar van mr. Kim Demandt.

Een btw-ondernemer maakte bezwaar tegen een naheffingsaanslag parkeerbelasting die hij ontving voor parkeren aan de straat. In zijn bezwaarschrift verzocht hij de heffingsambtenaar van de gemeente tevens om een factuur met omzetbelasting zodat hij de btw ter zake van de parkeervergoeding zou kunnen verrekenen. De heffingsambtenaar wees het verzoek om een btw-factuur af. Voor Hof Den Haag was in geschil of dit terecht was. Hof Den Haag oordeelde dat een bezwaar, beroep of hoger beroep niet-ontvankelijk verklaard moet worden als het de indiener niet in een betere positie kan brengen met betrekking tot het besluit en de eventuele bestreden bijkomende rechterlijke beslissingen (zoals griffierechtvergoeding, proceskostenvergoeding en schadevergoeding). Het verzoek om uitreiking van een btw-factuur kon niet worden aangemerkt als een verzoek om een bijkomende rechterlijke beslissing. De btw-ondernemer heeft namelijk bij het verzoek een buiten de bestreden naheffingsaanslag gelegen belang; het creëren van een recht op aftrek van omzetbelasting. Het hof verklaarde het beroep daarom niet-ontvankelijk. De Hoge Raad oordeelt dat dit ten onrechte is. Het hof had onderzoek moeten doen naar de gronden die de btw-ondernemer had aangevoerd tegen de uitspraak op bezwaar, die gronden konden niet leiden tot vernietiging van die uitspraak. De klacht dat de heffingsambtenaar een btw-factuur had moeten uitreiken, faalt.   

 

Reactie mr. Kim Demandt

Taxence vroeg Kim Demandt, werkzaam bij Hertoghs advocaten om een reactie:

'De crux in deze zaak zit is dat de belastingplichtige in plaats van een naheffingsaanslag parkeerbelasting een factuur in de zin van artikel 34c Wet OB 1968 wil ontvangen. Hof Den Haag verwijst naar het arrest van de Hoge Raad uit 2012 (ECLI:NL:HR:2012:BV0655) om te onderbouwen dat de belastingplichtige niet-ontvankelijk is in het hoger beroep omdat hij geen belang daarbij heeft. Het verzoek van de belastingplichtige is erin gelegen om recht op aftrek van omzetbelasting te creëren en dat is geen belang dat hoort bij het bestrijden van de naheffingsaanslag parkeerbelasting, aldus het hof.

De Hoge Raad creëert in een kort gemotiveerd arrest hierover duidelijkheid. Dat was in mijn optiek ook nodig, want de lagere rechtspraak, hoewel niet in groten getale voorhanden, was wisselend. De Hoge Raad verwijst terecht naar het arrest van de Hoge Raad van 11 april 2014 (ECLI:NL:HR:2014:878) waarin is geoordeeld dat niet-ontvankelijkheid volgt als de belastingplichtige geen belang heeft bij het rechtsmiddel. ‘Daarvan is sprake als het aanwenden van het rechtsmiddel, ongeacht de gronden waarop het steunt, hem niet in een betere positie kan brengen met betrekking tot het bestreden besluit en eventuele bijkomende (rechterlijke) beslissingen zoals die met betrekking tot proceskosten en griffierecht.’  

Uit de arcering in het aangehaalde citaat blijkt dat de rechter onderzoek moet doen naar de gronden van het beroep van de belastingplichtige. Daarvan geeft de uitspraak van het hof geen blijk. De Hoge Raad oordeelt dat het cassatiemiddel tegen de niet-ontvankelijkverklaring dan ook terecht is voorgesteld. Pas als dat onderzoek naar de gronden heeft plaatsgevonden, kan een oordeel worden gevormd over het al dan niet aanwezig zijn van een belang. De Hoge Raad doet de zaak zelf af en oordeelt dat het hof terecht heeft geoordeeld dat de belastingplichtige geen belang heeft bij uitreiking van een factuur met omzetbelasting. Het is dus een pyrrusoverwinning voor de belastingplichtige.'

 

Tax Talks

Binnenkort verschijnt in Tax Talks een e-learning van mr. Kim Demandt en mr. Angelique Perdaems over de verlengde navorderingstermijn voor buitenlands inkomen of vermogen. Bent u nog geen abonnee? Neem dan nu een kennismakingsabonnement voor slechts € 49!

 

Wet: art. 8.70 Awb; art. 34c OB 1968; art. 225 Gemeentewet

Meer informatie: Hoge Raad 23 maart 2018, ECLI:NL:HR:2018:412

Vorige artikel
Maak incidenteel hoger beroep duidelijk!
Volgende artikel
Kozuba-arrest: is begrip vervaardiging aan vernieuwing toe?

Filed Under: Fiscaal nieuws, Formeel belastingrecht, Heffing lagere overheden, Nieuws

Reader Interactions

Recente berichten

Nog steeds verzwaarde bewijslast na late aangifte

Beter laat dan nooit, zo luidt het gezegde. Maar als het om belastingen gaat, is het toch wel van belang om tijdig aangifte te doen. Als een ondernemer te laat aangifte doet, kan hij nog steeds aanlopen tegen een omkering van de bewijslast.

zwitserse bankrekening

Rekeninghouder die buiten groepsverzoek valt, kan inkeren

Mr. Vanessa Huygen van Dyck-Jagersma geeft voor Taxence een kort commentaar op drie arresten van de Hoge Raad over de inkeerregeling. Als de Belastingdienst als reactie op een groepsverzoek informatie ontvangt over zwartspaarders, is het nog maar de vraag of die zwartspaarders kunnen inkeren. Maar de Hoge Raad oordeelt dat inkeren wel mogelijk is voor rekeninghouders die niet onder het groepsverzoek vielen.

Geheimhoudingsplicht advocaten

Intern beraad Belastingdienst mag geheim blijven

Rechtbank Zeeland-West-Brabant keurt goed dat de Belastingdienst passages met betrekking tot zijn juridisch intern beraad geheim houdt.

administratieve verplichtingen ngenb WAB

Rechter verlaagt te vroeg opgelegde aansprakelijkstelling

Als de ontvanger van de belastingen een bestuurder aansprakelijk stelt zonder hem de gelegenheid te bieden zich hierover uit te laten, schendt hij het verdedigingsbeginsel.

Opeenstapeling van zelfde wrakingsverzoeken is misbruik

Belanghebbenden hebben de bevoegdheid om een raadsheer in een beroepsprocedure te wraken.

Geef een reactie Reactie annuleren

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Primary Sidebar

Zoeken

AGENDA

PE-Pitstop Aansprakelijkheid van de adviseur

Recent nieuws

Terbeschikkingstelling muziekstudio blijft verhuur voor btw

Misdaad loont fiscaal niet

Btw-plicht CLO’s opnieuw bekeken

Mkb-meldpunt voor overschrijding betaaltermijnen

Nog steeds verzwaarde bewijslast na late aangifte

Meer berichten

Footer

  • Fiscaal nieuws
  • Agenda
  • Tools en andere downloads
  • Vacatures
  • Adverteren op Taxence
  • NDFR
  • Fiscaal en meer
  • Taxvice
  • Tax Talks
  • Sdu Covid-19
  • Contact
  • Linkedin
  • Twitter
  • Facebook
  • Aanmelden nieuwsbrief
  • Naar Sdu Webshop

Taxence is een uitgave van
Sdu
Maanweg 174
2516 AB Den Haag

Powered by Sdu

  • Disclaimer
  • Privacy Statement en Cookiebeleid
SDU

Het laatste nieuws van
Taxence in je mail?

Aanmelden

×