• Skip to primary navigation
  • Skip to main content
  • Skip to primary sidebar
  • Skip to footer
  • Nieuwsbrief
  • Contact

Taxence

Taxence

  • Nieuws & achtergrond
    • Nieuws
    • Branchenieuws
    • Blogs
    • Verdieping
  • Thema’s
    • AI & Tax Technology
    • Arbeid & Loon
    • Belastingplan
    • BTW & Overdrachtsbelasting
    • BV & DGA
    • Duurzaamheid (ESG & CSRD)
    • Estate planning
    • Alle thema’s
  • Opleidingen
    • AI & Tax Tech
    • ESG & CSRD
    • Estate Planning
    • BTW
    • Vastgoed
    • Internationaal
    • Arbeid & Loon
    • Formeel
    • Familiebedrijven
    • VPB
    • Pensioen
  • Carrière
    • Personalia
    • Vacatures
    • Vacature toevoegen
    • Partners
  • Vakinformatie
    • NDFR
    • Addify
    • JES! Knowledge
    • Fiscaal en meer
    • Tax talks
    • Vakblad Estate Planning
    • Specials
  • Kennisbank

Twee vof’s waren samen één onderneming

27 februari 2015 door Asha Stuivenwold

Als de activiteiten van verschillende vof’s nauw met elkaar samenhangen, kunnen de vof’s gezien worden als één onderneming. De bronvraag hoeft dan maar één keer te worden beantwoord. Dit was onlangs aan de orde bij Rechtbank Noord-Nederland.

Een echtpaar had op een gegeven moment drie verschillende vennootschappen onder firma. In geschil was of er sprake was van een bron van inkomen: welke vof zou in de toekomst redelijkerwijs winst kunnen verwachten? En konden hierbij alle drie vof’s als één onderneming worden gezien, zodat maar één keer de bronvraag moest worden beantwoord? Nee, vond Rechtbank Noord-Nederland. Bij één van de drie vof’s bestond er tussen de activiteiten met de andere twee vof’s te weinig samenhang of nauw verband. De aard van de activiteiten verschilde te veel en de klantenkring week significant af. De bronvraag moest afzonderlijk – en in dit geval negatief – worden beantwoord. De andere twee vof’s konden wel samen één onderneming vormen, ondanks dat er twee aparte jaarrekeningen waren opgemaakt en ze als afzonderlijke onderneming bij de KvK waren ingeschreven. De bronvraag hoefde dus maar één keer te worden beantwoord, en die was voor een van de twee vof’s niet in geschil. De rechtbank kon vervolgens het ondernemingsverlies vaststellen.

 

Wet: artikel 3.8 Wet IB 2001

Meer informatie: Rechtbank Noord-Nederland, 2 december 2014 (gepubliceerd 24 februari 2015), ECLI:NL:RBNNE:2014:6060

Filed Under: Fiscaal nieuws, IB-ondernemer, Nieuws

Reageer
Vorige artikel
Derde uitgave Nieuwsbrief Loonheffingen 2015 gepubliceerd
Volgende artikel
Alleen aanvullende borgstelling was onzakelijk

Reader Interactions

Gerelateerde berichten

rente Vpb

Belastingrente van 4% bij naheffingsaanslag omzetbelasting is marktconform

Rechtbank Gelderland oordeelt dat belastingrente van 4% terecht in rekening is gebracht bij naheffingsaanslag omzetbelasting. Het rentepercentage is niet in strijd met beginselen van behoorlijk bestuur.

erfenis BOR artikel 30 SW

Geen fiscale afrekening bij overdracht tbs-pand na turboverdeling

De staatssecretaris van Financiën heeft goedgekeurd dat in een uitzonderlijke situatie geen fiscale afrekening hoeft plaats te vinden over het deel van de stille reserves in een ter beschikking gesteld pand dat via een turboverdeling aan een zoon wordt overgedragen. Deze goedkeuring is gebaseerd op de hardheidsclausule en geldt onder strikte voorwaarden.

erfenis BOR artikel 30 SW

KGS onbelast dividend na vererving aanmerkelijkbelangaandelen

De Kennisgroep aanmerkelijk belang heeft de vraag beantwoord of artikel 4.12a Wet IB 2001 van toepassing is, nadat artikel 4.17b Wet IB 2001 is toegepast.

onderzoek naar verlieslatende bedrijven

Verkrijgingsprijs niet verhoogd door verrekening vorderingen zakenpartner

Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat de verkrijgingsprijs van aandelen niet kan worden verhoogd met vorderingen op de verkoper die volgens eigen zeggen zijn verrekend, als dit niet voldoende wordt bewezen.

speciaal vignet voor grensarbeiders; coronacrisis

KGS Verdrag NL-BEL, Wet excessief lenen bij eigen vennootschap

De Kennisgroep IBR IB niet-winst/LB/PH aanslag heeft een standpunt ingenomen over de toepassing van de Wet excessief lenen bij eigen vennootschap onder het belastingverdrag Nederland – België uit 2001.

Geef een reactie Reactie annuleren

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Primary Sidebar

Opleidingen

Online cursus afwaarderen en kwijtschelden van vorderingen

Nationaal Congres BelastingZaken 2025

AGENDA

Online cursus Afwikkeling van overnameregelingen in firmacontract en statuten

Cursus ESG Reporting & Datamanagement

ESG Essentials

Certified ESG Management

Masterclass Pillar 2 – Wet minimumbelasting 2024 (Pijler 2)

Online cursus Samenhang testament, statuten & aandeelhoudersovereenkomst bij bedrijfsopvolging

AI Governance & Compliance: Veilige toepassing van AI in juridische/fiscale praktijk

Geavanceerd prompten voor fiscalisten

Masterclass AI, GenIA-L, ChatGPT en Copilot in de Fiscale Praktijk

Online cursus Pillar 2: Wet Minimumbelasting 2024 (Pijler 2)

Meer opleidingen

Footer

  • Fiscaal nieuws
  • Opleidingen
  • Kennisbank
  • Vacatures
  • Over ons
  • Adverteren op Taxence
  • NDFR
  • JES! (ESG producten)
  • Fiscaal en meer
  • Addify
  • Tax Talks
  • Register Estate Planners (REP)
  • Contact
  • Linkedin
  • X
  • Facebook
  • Aanmelden nieuwsbrief
  • Naar Lefebvre Sdu Webshop

Taxence is een uitgave van
Lefebvre Sdu
Maanweg 174
2516 AB Den Haag

Powered by Lefebvre Sdu

  • Disclaimer
  • Privacy Statement en Cookiebeleid
lefebvre SDU

Het laatste nieuws van
Taxence in je mail?


×