Het geschil betreft het antwoord op de vraag of de aanslag in de toeristenbelasting 2015 en de voorlopige aanslag in de toeristenbelasting 2016 terecht en tot het juiste bedrag aan belanghebbende zijn opgelegd. Het Hof oordeelt dat belanghebbende voor beide jaren ten onrechte is aangemerkt als belastingplichtige voor de toeristenbelasting. Haar betrokkenheid bij de verhuur van de vakantiewoning…
Meer informatie: http://deeplink.rechtspraak.nl/uitspraak?id=ECLI:NL:GHSHE:2019:4053&pk_campaign=rss&pk_medium=rss&pk_keyword=uitspraken
Geef een reactie