Het beroep ziet op de vraag of de bedrijfsopvolgingsfaciliteit van artikel 35b van de Successiewet 1956 terecht door verweerder is geweigerd. De rechtbank is van oordeel dat niet aan het voortzettingsvereiste is voldaan en de casus niet vergelijkbaar is met overheidsingrijpen als bedoeld in artikel 10, eerste lid, onderdeel c, van de Uitvoeringsregeling Schenk- en Erfbelasting. Tevens kan het b…
Meer informatie: https://deeplink.rechtspraak.nl/uitspraak?id=ECLI:NL:RBDHA:2023:4487&pk_campaign=rss&pk_medium=rss&pk_keyword=uitspraken
Geef een reactie