
De staatssecretaris van Financiën heeft het Besluit administratieve verplichtingen omzetbelasting gepubliceerd. Dit besluit is een actualisering van het Besluit van 6 december 2014, nr. BLKB 2014-704M (Stcrt. 2014, 36166).
De belangrijkste wijzigingen:
- § 3.3.1 (voorheen § 3.2.4) bevat een goedkeuring om een transactieoverzicht van een reis met het openbaar vervoer aan te merken als vervoersbewijs. Deze goedkeuring kan ook gelden bij gebruik van andere betaalmogelijkheden dan een OV-chipkaart of vergelijkbare kaart voor reizen op saldo.
- In § 4.1 (voorheen § 3.5.1) is het arrest van het HvJ van 30 januari 2024 (Dyrektor Izby Administracji Skarbowej w Lublinie) verwerkt inzake de verschuldigdheid van op een factuur vermelde btw door een niet-ondernemer.
- In § 4.2 (voorheen § 3.5.2) inzake herziening van ten onrechte gefactureerde btw is de toelichting op de onderzoeksverplichtingen van de ontvanger van een factuur geactualiseerd.
- In § 4.3 (nieuw) is een bijzondere regeling opgenomen voor ambtshalve verminderingen buiten de vijfjaarstermijn van te veel voldane btw bij afstandsverkopen en digitale diensten.
- In § 6.2 (nieuw) is opgenomen dat een dienstverrichter zijn B2B-dienst in rubriek 1e van zijn btw-aangifte kan verantwoorden als zijn afnemer geen btw-identificatienummer heeft omdat deze afnemer in zijn lidstaat onder de kleineondernemersregeling valt.
Dit besluit treedt in werking met ingang van 9 mei 2025.
Bron: Besluit van 1 mei 2025, nr. 2025-115705, Ministerie van Financiën, Stcrt. 2025, 15981
Geef een reactie