De Kennisgroep dividendbelasting en bronbelasting heeft een standpunt gepubliceerd over de vraag op welke wijze verdragsvoordelen kunnen worden geclaimd ter zake van een inkoop van aandelen als het heffingsrecht over deze inkoop niet aan Nederland is toegewezen op grond van het vermogenswinstartikel van dat verdrag.
X BV koopt aandelen in van een aantal in het buitenland wonende natuurlijke personen die een aanmerkelijk belang in de zin van artikel 4.6 van de Wet IB 2001 houden in X BV. X BV houdt ter zake van de inkoop dividendbelasting in op grond van artikel 3, eerste lid, onderdeel a, van de Wet DB 1965. Het van toepassing zijnde belastingverdrag wijst het heffingsrecht over de inkoop echter toe aan de andere verdragsstaat. De inkoop valt onder het toepasselijke belastingverdrag en protocol namelijk niet onder het dividendartikel, maar onder het vermogenswinstartikel.
Vraag
Op welke wijze moet bij de heffing van dividendbelasting rekening worden gehouden met het feit dat Nederland geen heffingsrecht heeft over de voordelen van een inkoop van aandelen op grond van het vermogenswinstartikel van een belastingverdrag?
Antwoord
Indien het heffingsrecht over de inkoop van aandelen niet aan Nederland is toegewezen op grond van het vermogenswinstartikel van dat belastingverdrag, dan hoeft de uitkerende vennootschap geen dividendbelasting in te houden. Daarvoor is geen vergunning vereist. Indien toch inhouding van dividendbelasting heeft plaatsgevonden kan bezwaar worden aangetekend dan wel een verzoek om ambtshalve vermindering worden ingediend.
Geef een reactie