• Skip to primary navigation
  • Skip to main content
  • Skip to primary sidebar
  • Skip to footer
  • Nieuwsbrief
  • Contact

Taxence

Taxence

  • Nieuws & achtergrond
    • Nieuws
    • Branchenieuws
    • Blogs
    • Verdieping
  • Thema’s
    • AI & Tax Technology
    • Arbeid & Loon
    • Belastingplan
    • BTW & Overdrachtsbelasting
    • BV & DGA
    • Duurzaamheid (ESG & CSRD)
    • Estate planning
    • Alle thema’s
  • Opleidingen
    • AI & Tax Tech
    • ESG & CSRD
    • Estate Planning
    • BTW
    • Vastgoed
    • Internationaal
    • Arbeid & Loon
    • Formeel
    • Familiebedrijven
    • VPB
    • Pensioen
  • Carrière
    • Personalia
    • Vacatures
    • Vacature toevoegen
    • Partners
  • Vakinformatie
    • NDFR
    • Addify
    • JES! Knowledge
    • Fiscaal en meer
    • Tax talks
    • Vakblad Estate Planning
    • Specials
  • Kennisbank

Afkoop eeuwigdurende erfpacht en overdrachtsbelasting

13 december 2022 door Michel Halters

woningcorparaties vpbplichtig

De maatstaf van heffing voor de overdrachtsbelasting is in beginsel de waarde van de onroerende zaak of het recht waaraan deze is onderworpen. Die maatstaf is daarbij ten minste de tegenprestatie. Bij verkrijging van een eeuwigdurend erfpachtrecht geldt dat de maatstaf 17 maal de jaarlijkse canon is. Wat is de maatstaf als deze eeuwigdurende canon al voor levering van de grond en opstallen wordt afgekocht?

Een bv verkrijgt grond met opstallen in erfpacht. Daarbij bedraagt de jaarlijkse canon € 83.650. De canon is gebaseerd op de erfpachtgrondwaarde en bedraagt 2,39%. De erfpachtgrondwaarde is € 3,5 miljoen. Voor de opstallen is de bv aanvullend € 2.277.000 verschuldigd. Omdat de erfpachtrechten een commerciële bestemming krijgen, heeft de gemeente Amsterdam bepaald dat de erfpachtrechten vooraf ineens moeten worden afgekocht voor de erfpachtgrondwaarde, dus € 3,5 miljoen. In een andere zaak gaat het om verkrijging van een onroerende zaak met opstallen waarbij de jaarlijkse canon is vastgesteld op € 76.480. Deze canon bedraagt 2,39% van de erfpachtgrondwaarde van € 3,2 miljoen en dat was ook de afkoopwaarde. Voor de opstallen bij deze verkrijging was nog eens € 2.817.000 verschuldigd.

Verschuldigde overdrachtsbelasting

De Belastingdienst heeft de verschuldigde overdrachtsbelasting bepaald op € 346.620 (6% van (€ 3.500.000 en € 2.277.000)), respectievelijk op € 361.020 (6% van (€ 3.200.000 en € 2.817.000)). De verkrijgers menen dat voor de maatstaf de eeuwigdurende erfpacht het uitgangspunt moet zijn. Voor de afgekochte erfpachtrechten nemen zij 17 maal de jaarlijkse canon in aanmerking. Bij een jaarlijkse canon van € 83.650, respectievelijk € 76.480, bedraagt de maatstaf dan € 1.422.050 (17 x € 83.650), respectievelijk 1.300.160 (17 x € 76.480). De verkrijgers maken bezwaar tegen de door de Belastingdienst bepaalde overdrachtsbelasting. Zij berekenen de verschuldigde overdrachtsbelasting op € 221.943 (6% van € 1.422.050 +2.277.000)), respectievelijk € 247.029 (6% van (€ 1.300.160 + € 2.817.000)). De Belastingdienst wijst beide bezwaren af.

Rechtbank Noord-Holland

Rechtbank Noord-Holland heeft op 20 december 2020 (ECLI:NL:RBNHO:2020:10110 en ECLI:NL:RBNHO:2020:10111) uitspraak gedaan in deze zaken. Zie ook ‘Overdrachtsbelasting over erfpachtgrondwaarde’. De rechtbank heeft het beroep van de belanghebbenden ongegrond verklaard. Het economische resultaat van de erfpachtakten stemt volgens de rechtbank volledig overeen met een canonvrij eeuwigdurend erfpachtrecht tegen een eenmalige betaling van € 3,5 miljoen, respectievelijk € 3,2 miljoen. De door de Belastingdienst berekende overdrachtsbelasting is daarom op het juiste bedrag vastgesteld.

Hof Amsterdam

Hof Amsterdam (ECLI:NL:GHAMS:2022:369 en ECLI:NL:GHAMS:2022:370) heeft op 27 januari 2022 in beide zaken in hoger beroep uitspraak gedaan. Zie ook ‘Afkoopsom eeuwigdurende canon basis overdrachtsbelasting’. Het hof heeft de hoger beroepen ongegrond verklaard. Het hof onderschrijft de motivering van de rechtbank. Daarnaast geeft het hof aan de hand van de feiten aan dat partijen nooit de bedoeling hebben gehad een erfpachtrecht te vestigen tegen betaling van een periodieke canon. Partijen hebben van meet af aan de bedoeling gehad om een canon-vrij eeuwigdurend erfpachtrecht overeen te komen, welk recht door belanghebbende is verkregen tegen vooruitbetaling van € 3,5 miljoen, respectievelijk € 3,2 miljoen. De erfpachtcanon zoals genoemd in de erfpachtovereenkomst is nooit verschuldigd geweest. Het is slechts een rekengrootheid, afgeleid uit de waarde van de grond.

Conclusie A-G Wattel

A-G Wattel heeft voor beide zaken een conclusie genomen (ECLI:NL:PHR:2022:916). De A-G vraagt zich af waarom de gemeente Amsterdam voor deze constructie heeft gekozen en niet gelijk de volle eigendom van de gronden met opstallen heeft verkocht. Hij vermoedt dat een en ander te maken heeft met de voorwaarden die de gemeente aan de verkrijger wil opleggen. Mogelijk kan de gemeente via privaatrechtelijke erfpachtvoorwaarden haar wensen voor het gebruik van de onroerende zaak beter realiseren dan via de publiekrechtelijke weg. De A-G acht het geenszins onbegrijpelijk dat het hof uit de akten heeft afgeleid dat de jaarlijkse erfpachtcanon rechtens noch feitelijk verschuldigd is geworden. Partijen hebben nooit de bedoeling gehad om een periodieke canon overeen te komen. Partijen hebben juist de bedoeling gehad een canon-vrij eeuwigdurend erfpacht recht tegen betaling van de grondwaarde. De A-G adviseert de Hoge Raad beide cassatieberoepen ongegrond te verklaren met toepassing van art. 81 Wet RO.

Hoge Raad

De Hoge Raad heeft op 18 november 2022 in beide zaken (ECLI:NL:HR:2022:1683 en ECLI:NL:HR:2022:1684) de cassatieberoepen ongegrond verklaard met toepassing van art. 81 Wet RO.

Wet: art. 9 en 11 WBRV, art. 2 Uitv besl RV en onderdeel c bijlage

Bron:

Rechtbank Noord-Holland 20 december 2020, ECLI:NL:RBNHO:2020:10110, HAA 18/4832

Rechtbank Noord-Holland 20 december 2020, ECLI:NL:RBNHO:2020:10111, HAA 18/4833

Gerechtshof Amsterdam 27 januari 2022, ECLI:NL:GHAMS:2022:369, 20/00796

Gerechtshof Amsterdam 27 januari 2022, ECLI:NL:GHAMS:2022:370, 20/00797 (niet gepubliceerd)

Parket bij de Hoge Raad 10 oktober 2022, ECLI:NL:PHR:2022:916, 22/00697 en 22/00698

Hoge Raad 18 november 2022, ECLI:NL:HR:2022:1683, 22/00697

Hoge Raad 18 november 2022, ECLI:NL:HR:2022:1684, 22/00698

Filed Under: BTW & overdrachtsbelasting, Fiscaal nieuws, Nieuws, Vastgoed, Verdieping

Reageer
Vorige artikel
Uitspraak CBb over onterecht afwijzen TVL leidt niet tot herziening eerdere besluiten
Volgende artikel
100% hypotheekrente betaald, slechts 50% aftrek

Reader Interactions

Gerelateerde berichten

woningbouw kavel

Woningtarief bij sloopwoning op meerdere percelen: civielrechtelijk eigendom gebouw beoordelen

De Hoge Raad oordeelt in de samenhangende zaken 24/02648 en 24/02649 over de vraag of de door X verkregen bouwkavels, waarop respectievelijk een zeer klein deel (circa 1%) en een groot deel (circa 55%) van de voormalige woning, een deel van de buitenmuur en een deel van het terras liggen, als woning in de zin van art. 14 lid 2 Wet BRV 1970 zijn aan te merken.

dienstbetrekking

Geen fiscale eenheid omzetbelasting door ontbreken financiële verwevenheid tussen stichting en bv

Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat een stichting en een bv geen fiscale eenheid voor de btw vormen, omdat de stichting niet de meerderheid van de zeggenschapsrechten heeft. De naheffingsaanslag omzetbelasting blijft in stand.

amsterdam

Investeerders blijven huurwoningen verkopen

De verkoopgolf van huurwoningen door investeerders ging in het derde kwartaal onverminderd door. Beleggers verkochten opnieuw veel meer woningen dan zij aankochten, waardoor hun totale woningbezit verder kromp.

subsidie VvE isolatie

Prejudiciële vraag aan HvJ: vormt overdracht verhuurd appartementencomplex een overgang van een algemeenheid van goederen

Is de overdracht van een verhuurd appartementencomplex een overgang van een algemeenheid van goederen? De Hoge Raad legt hierover prejudiciële vragen voor aan het HvJ, met name over de toepassing van artikel 37d Wet OB 1968 bij vrijgestelde verhuur en de rol van de intentie van de verkoper.

te hoge woz-waarde appartementen

Minister Keijzer wil gesprek met Tweede Kamer over maatregelen middenhuur

Minister Keijzer wil zo spoedig mogelijk met de Tweede Kamer in gesprek over effectieve maatregelen om het aanbod van huurwoningen, met name in het middensegment en studentenhuisvesting, op peil te houden.

Geef een reactie Reactie annuleren

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Primary Sidebar

Opleidingen

Stoomcursus Vastgoedrekenen en -financieren

Masterclass in de Eigenwoningregeling

Masterclass Vastgoedfiscaliteiten

Meerdaagse opleiding Vastgoedfiscaliteiten

Masterclass Overdrachtsbelasting

Opleidingen

Masterclass Overdrachtsbelasting

Online cursus Btw-aangifte

AGENDA

Stoomcursus Vastgoedrekenen en -financieren

Online Basistraining AI voor de fiscale praktijk

Cursus AI-Implementatie – Organiseren van AI-geletterdheid

Verdiepingscursus Aangifte erfbelasting

Masterclass Inbreng in en terugkeer uit de BV

Masterclass Fiscale aspecten fusies & overnames

AI Governance & Compliance: Veilige toepassing van AI in juridische/fiscale praktijk

Online cursus CV en bedrijfsopvolging

Stoomcursus Erfrecht – Civiel en fiscaal – Het hele erfrecht in één dag! 

Verdiepingscursus Erven en schenken

Meer opleidingen

Footer

  • Fiscaal nieuws
  • Opleidingen
  • Kennisbank
  • Vacatures
  • Over ons
  • Adverteren op Taxence
  • NDFR
  • JES! (ESG producten)
  • Fiscaal en meer
  • Addify
  • Tax Talks
  • Register Estate Planners (REP)
  • Contact
  • Linkedin
  • X
  • Facebook
  • Aanmelden nieuwsbrief
  • Naar Lefebvre Sdu Webshop

Taxence is een uitgave van
Lefebvre Sdu
Maanweg 174
2516 AB Den Haag

Powered by Lefebvre Sdu

  • Disclaimer
  • Privacy Statement en Cookiebeleid
lefebvre SDU

Het laatste nieuws van
Taxence in je mail?

×