Het beroep tegen het niet tijdig doen van uitspraak wordt geacht mede betrekking te hebben op de nadien gedane uitspraak. Het staat de wetgever vrij om naar eigen inzicht wetten uit te vaardigen. Wetten kunnen in zijn algemeenheid niet getoetst worden aan de Staatsregeling van Curaçao. Belanghebbende heeft recht op een vergoeding voor in de beroepsfase gemaakte kosten van juridische bijstand oo…
Meer informatie: http://deeplink.rechtspraak.nl/uitspraak?id=ECLI:NL:OGEAC:2018:48&pk_campaign=rss&pk_medium=rss&pk_keyword=uitspraken
Geef een reactie