Afwaarderingsverlies uit hoofde van vorderingen die relatief kort voor de afwaardering door eiseres zijn overgenomen, is terecht niet in aftrek toegelaten. Eiseres, op wie in dit geval een verzwaarde bewijslast rust, heeft de stelling van verweerder dat de vorderingen op het moment van overname al waardeloos danwel onvolwaardig waren, onvoldoende weerlegd.
Meer informatie: http://deeplink.rechtspraak.nl/uitspraak?id=ECLI:NL:RBDHA:2021:4778&pk_campaign=rss&pk_medium=rss&pk_keyword=uitspraken
Geef een reactie